zondag 6 oktober 2013

Saskia De Coster, Wij en ik

Het is verleidelijk om in 'Wij en ik' een autobiografisch verhaal te lezen waarin personage Sarah en schrijfster Saskia in elkaar overvloeien. Wie De Coster al een tijdje volgt of een lezing van haar heeft bijgewoond weet dat er zeker een aantal parallellen te trekken zijn. Uiteraard is het nonsens om te denken dat beide volledig samenvallen, maar laat ik bij het begin beginnen.

Heel wat jaren geleden kreeg ik een fascinerende debuutroman in handen. Het boek heette 'Vrije val' en was fantasierijk maar bijna niet te begrijpen, een beetje het soort ervaring dat ik ook met 'Tongkat' van Peter Verhelst had. In tegenstelling tot die laatste schreef Saskia De Coster steeds dikkere boeken. 'Wij en ik' is een beetje een vreemde eend in de bijt, zegt ze ook zelf. Het was haar bewuste keuze om heel wat toegankelijker te schrijven. 

Het boek gaat over een welgestelde Vlaamse familie in de jaren 1980 tot nu, maar brengt tegelijk op het symbolische niveau ook het verhaal van Vlaanderen en zelfs Europa. Dat continent heeft zijn beste tijd gehad, is bang en voorbijgestreefd. Hoofdpersonage Sarah hoopt op beterschap in New York. Het is natuurlijk de vraag of ze dat betere daar ook zal vinden...

Er zijn heel wat redenen om van 'Wij en ik' te houden. Er is de beklemmende geheimsfeer van de rijkere klasse 'op de berg' die weergaloos wordt neergezet. Er zijn de intrigerende personages van Melanie, de norse, zwijgende oma, van Stefaan, omhooggeklommen tot CEO, haast tegen wil en dank, van tapijtenkammende Mieke en van de rebelse Sarah die onder de al dan niet genetische druk op haar schouders uit wil komen.

Welke richting Saskia De Coster na deze roman uit gaat, is waarschijnlijk nog koffiedik kijken, al wordt het misschien iets internationalers, iets op reis, opnieuw iets experimentelers misschien? Wat het ook wordt, ik zit nu al op het puntje van mijn stoel...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten